Oorsprong

Tijdens een vergadering van de Rotary te Norwich, Groot-Brittanië, op 26 september 1926 werd het jonge lid Louis Marchesi door zijn voorzitter verzocht het woord te nemen in plaats van de op het laatste ogenblik weerhouden voordrachtgever. “Mark” nam die gelegenheid te baat om zijn overtuiging uiteen te zetten dat een vereniging, gelijkaardig aan Rotary, maar uitsluitend voor jongere mannen, op zijn tijd zou komen. Om de eenvoudige reden dat heel wat valabele kandidaten geen enkele kans kregen om lid van de Rotary te worden, waar de strenge regel van slechts 1 vertegenwoordiger per beroep de aanwervingen blokkeerde zolang een beroep niet openkwam door de verdwijning van de titularis.

Eens uitgewerkt, ging het idée zijn gangetje en niettegenstaande – tijdelijke – tegenkanting van zijn eigen Rotary, kon Mark eindelijk overgaan tot de oprichting van een “Young Business and Professional Men’s Club”. De stichtingsvergadering had plaats in Norwich op 14 maart 1927, waar 70 deelnemers de club startten in Suckling House.

Een maand voordien, in februari 1927, had de Hertog van Windsor, toen nog Prins van Wales, de “British industries fair” geopend te Birmingham met een opmerkelijke rede waarin o.m. de volgende wens :

“the young business and professional men of this country must get together round the table, ADOPT methods that have proved so sound in the past, ADAPT them to the changing needs of the time and, whenever possible, IMPROVE them”.

Naar de geest van die rede, werd beslist de leuze “Adopt, Adapt, Improve” aan te nemen, terwijl op voorstel van de eerste voorzitter W. Lincolne Sutton de naam « Round Table » als nieuwe benaming gold.

Het success bleef niet uit, en bij haar eerste algemene vergadering, op 28 februari 1928, telde Round Table Norwich 95 leden. Portsmouth 2 volgde even later, zodat op 25 mei 1928 een nationale associatie gesticht werd als “Central Council of Round Tables”. Nog in het zellfde jaar was het  beurt aan Guilford 3, Southampton 4 en Bournemouth 5.

Op de eerste nationale algemene vergadering waren al 16 tafels aanwezig. Vertegenwoordigers van meer dan 100 tafels applaudisserden Louis Marchesi als Nationale Voorzitter in 1935!

Reeds vanaf het prille begin bekleedde Mark de functie van nationale secretaris, en als dusdanig zag hij op geen enkele moeite om de beweging in het buitenland te vestigen. Bijna lukte het in Seattle, USA. Zijn inspanningen ten spijt, moest Louis Marchesi wachten tot 1935 om de Ronde Tafel buiten de Britse eilanden te starten.

De eerste implantingen op het continent werden eigenlijk bewerkstelligd door de Rotary. Door zijn contacten in Engeland had de Rotary van Copenhagen gehoord van het bestaan van de Ronde Tafel, die zij graag in Denemarken had gezien. De gouverneur stelde zich in verbinding met Marchesi, net voorzitter van RTBI (Round Table Britain & Ireland) geworden. Met de ervaren hulp van Geoffrey Higgins, de vice-voorzitter van de Ronde Tafel van London City, die tijdelijk in Denemarken verbleef, werden de statuten van de Deense Ronde Tafel uitgewerkt, zodat Copenhagen zijn keure kreeg op 5 maart 1936.

Nog verbazingwekkender lijkt de oorsprong van de tweede Deense Tafel! Zonder samenspraak met de eerste Ronde Tafel van Copenhagen, steunde de Rotary vanAarhus de vorming van locale Tafel op de initiatief van een zoon van een lid : Erik Emborg, die later Deense Nationale Voorzitter zou worden, en nog later voorzitter van RTI (Round Table International).

Op de vooravond van de tweede wereldoorlog was RTBI 138 tafels rijk, terwijl de 2 deense Tafels flink bloeiden. De volgende jaren zouden een grote testcase zijn voor de leefbaarheid van de Tafel! Na een plotse daling, kon de RTBI zich herpakken : 78 clubs in 1942, 94 in 1944 en 96 in 1946. Ondanks de besetting werd de Tafel in Denemarken een nationale associatie op 4 october 1940, en werden 2 tafels in de loop van 1941 gecharterd. Straffer nog : Eric Dupont van Copenhagen gin gals oorlogsvluchteling de Ronde Tafel in het neutrale Zweden stichten, en in 1943 werd Helsingborg opgericht. Tegen het einde van de oorlog telde de Deense Ronde Tafel 7 clubs.

In 1946 had Nederland zijn eerste Tafel : Utrecht kreeg zijn keure op 7 juni 1946 van zijn Deense peters.

De Tafel plantte zich in Noorwegen in met de stichting van Bergen op 12 september 1947. Finland volgde met Helsinki in 1948.

En dan begon de uitbreiding buiten Europa. Onder het peterschap van de Engelsen, werd RT East London de eerste van een lange reeks in de Association of Round Tables of South Africa (ARTSA).

Dat was de toestand van de Ronde Tafel in de wereld op de vooravond van de implanting ervan in ons land.

Hoe ver ze ook soms van elkaar in afstand verwijderd lagen, waren de verschillende service clubs voor jonge mannen geroepen om elkaar ergens vroeg of laat in het kader van hun afzonderlijk uitbreiding te ontmoeten. Van bij de eerste contacten viel de gelijkaardigheid van hun doelstellingen en hun regels op. Op die basis vernauwde de toenadering.

Een eerste conventie werd in april 1945 samengeroepen, waarop vertegenwoordigers verschenen van de “20-30”, van de “Active”, en van de “Kin”. Zij besloten er tot de samenstelling van een raad op wereldniveau, de “World Council of Young Men’s Service Clubs” (WoCo). RTBI en Apex waren er weliswaar ook verwacht, maar de oorlogomstandigheden weerhouden om naar die historische bijeenkomst tegaan, traden ze die beslissing nadien bij.

Op initiatief van RTBI, RT Denemarken, RT Nederland en RT Zweden, werd de Round Table International (RTI) opgericht tijdens de conventie van Hastings in Mei 1948. RTI werd een boeiend en begeesterend avontuur, en weerspiegelde op enthousiasmerende wijze het tafelideaal in alle werelddelen tot in 1960. Op dat ogenblik werd de WoCo tot zijn actuele vorm herstructureerd, en werd de meer directe rol van de RTI als band en bezieler tussen de nationale RT-associaties overgedragen aan de WoCo.